NeerlandiNet - Neerlandistiek in Suid-AfrikaArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
Adverteer op LitNet /
Advertise on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.

Die Nederlandse Taalunie

Dichtbundel van Paul Marijnis

Hendrik-Jan de Wit

Paul Marijnis: Roze zoenen. Amsterdam, Antwerpen: Uitgeverij De Arbeiderspers. ISBN 90 295 3096 0. Prijs: E. 16,95. 65 pagina’s.

Alles cliché — kroon, staart, kraag, ogen.
Die nichterige gil, zo ongepast,
heeft duizenden gedichten opgeleverd:
de kitschvorst van de onderkast.
Daar komt hij, opgedirkte kip
die bijziend naar mijn vingers pikt.

Dit is het eerste gedicht uit Roze zoenen, de tweede dichtbundel van Paul Marijnis. Het typeert de bundel uitermate treffend en zo zonder de titel lijkt het of Marijnis zijn eigen dichtbundel recenseert. Een aardige opsomming om de desbetreffende vogel te karakteriseren, maar het geheel blijft levenloos. Ik mis verbeeldingskracht, het vermogen om je te laten meesleuren in de verbeelding van het lyrisch ik. Voor degene die het wil weten, de titel van het gedicht is: “Pauwhaan” (11).

Paul Marijnis kreeg met zijn debuutbundel Gilette (1998) een nominatie voor de Cees Buddingh’-prijs in 1999. Zijn prozakunde liet hij al eerder zien in de roman De zeemeermin (1993). Volgens de tekst bij zijn nieuwste dichtbundel ontwikkelt de poëzie van Marijnis zich in een nieuwe richting: “Dat (af)beeldende karakter van zijn poëzie is in deze nieuwe bundel geenszins verdwenen, maar meer en meer worden zijn gedichten verslagen van gemoedstoestanden en innerlijke verkenningstochten.”

Ik deel deze opvatting: Roze zoenen bestaat grotendeels uit talige afbeeldingen: het lyrisch subject behandelt een vogel, insect, zoogdier, zeedier of plant, waarna een beeldend verslag volgt. Vaak mondt dit uit in een cliché-matige weergave van dat object, waarbij zelfs het spel met de taal ontbreekt. Het geheel levert gedichten op die werkelijk te eenvoudig en op het simpele af zijn. Soms bespeur ik een prachtige regel, temidden van die minder fraaie bewoordingen. Bijvoorbeeld “Dogmatil”, het hele gedicht ontbreekt aan glans en is niet meer dan een leuk lezertje. Maar de laatste regel blaast compleet onverwacht leven in het gedicht en de schoonheid grijpt je vast door te zeggen: “Wat ik bij daglicht uitgeef, moet ik ’s nachts betalen.” (53)

Gelukkig zijn er meer van dit soort mooie momenten en die maken de voorgaande bezwaren weer goed. Zoals het gedicht “Speelgoed” waarvan de eerste regel je direct meetrekt in de verbeelding van het lyrisch subject: “Kind, wachtte ik tot mijn soldaatjes / ’s nachts ontwaakten uit hun tinnen slaap.” Het hele verdere gedicht blijft adembenemend en is ordelijk en met veel gevoel verwoord: “Ik hield de draad maar amper vast, /dolend door het slagveld van de nacht.”

Juist deze gedichten in Roze zoenen laten zien hoe de dichter zich aan de lezer moet openbaren: iemand die met een andere en vernieuwende blik naar de wereld kijkt, de treffende vergelijking maakt die je meetrekt en die met taal speelt zoals een danser met zijn lichaam kronkelt. Het gedicht “bibliotheek” (64) is zo ’n gedicht dat tot en met de laatste regel blijft boeien. Het verwoordt precies de elementen die ik als boekenliefhebber in een boek zoek en dus ook in de dichtbundel Roze zoenen:

BIBLIOTHEEK
De doden staan hier stram in het gelid.
Eens in de tien jaar wordt het corps gezuiverd
en waar op mijn budget werd bezuinigd,
ontbreken tanden in het bruin gebit.
Ik leef dankzij die mummies en kadavers.
Ze hielpen mij al heel vaak uit de brand.
En als hun drugs mijn stemming niet meer schragen
doe ik mijn vrienden koeltjes van de hand.
Wat blijft? Een ploegje dronken nachtegalen
die zich voor Nobelprijzen zouden schamen.

De mooiste gedichten staan dus aan het einde van de bundel Roze zoenen. Dat belooft heel wat als Marijnis deze toon volhoudt. Hij bezit dichterstalent met erg veel metaforisch gevoel, maar hij moet oppassen niet te vervallen in goedkope clichés. In Roze zoenen doet hij dit laatste teveel. Om bij “bibliotheek” te blijven: Roze zoenen als geheel is flets, maar wie de pareltjes vindt, kan zijn “stemming schragen”.

terug    /     boontoe


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.