NeerlandiNet - Neerlandistiek in Suid-AfrikaArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
Adverteer op LitNet /
Advertise on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.

Die Nederlandse Taalunie

Engelstalige Nederlander van wereldformaat

Hendrik-Jan de Wit


Leo Vroman: Tweede verschiet. Gedichten. Amserdam: Querido, 2003. ISBN 90 214 8483 8. Prijs: € 19,95. 120 pagina’s.


Zo’n beetje elke literaire prijs die in Nederland te behalen valt, heeft hij gekregen. De 88-jarige Leo Vroman woont al jaren niet meer in Nederland. Kort na de Tweede Wereldoorlog vestigde hij zich in de Verenigde Staten, waar hij nog altijd verblijft. Zijn nieuwste bundel Tweede verschiet laat zien dat Leo Vroman nog altijd zijn mannetje staat: dapper en zuiver als altijd.

De bundel Tweede verschiet bevat gedichten in het Nederlands en in het Engels, de tweede taal van Vroman. Het titelblad laat een zelfportret van de dichter zien, waarin hij het ware gezicht verruilt voor het (doden)masker. Vroman is immers op leeftijd, bij zijn laatste bezoek aan Nederland vorig jaar, liet hij weten dat het zijn laatste bezoek aan Nederland was. Voor iemand die op leeftijd is, kan het laatste uur ieder moment toeslaan. Zo kan het Tweede verschiet de laatste dichtbundel zijn. De inhoud is echter even sprankelend en jong als het andere werk van Vroman.

Vroman is een dichter die speelt met taal alsof het een potje voetbal is. Soms deelt hij de woorden een genadeloze tackel uit, andere keren laat hij bedachtzaam het zinnetje over het veld rollen. Herhaaldelijk tuimel je als lezer over de woorden van Vroman. Het is vooral het spel met de meerdere betekenissen van woorden. Zoals in het gedicht ‘En de zwaartekracht’. In dit gedicht gebruikt hij hiervoor het woord ‘licht’ in de betekenis van ‘niet zwaar’ of als ‘schijnsel’ in de tweede betekenis. Vroman legt in de titel de nadruk op de eerste betekenis. In de laatste twee strofen behandelt Vroman de tweede betekenis.

EN DE ZWAARTEKRACHT

Terwijl de tijd mij voortkruipt naar de dood,
door medestervenden omgeven,
omhels ik de ontsiering van mijn leven
heviger hoe meer die zich ontbloot.

Diep als een graf in levend vlees begraven
voel ik en ruik ik hoe we ons vergissen,
en dat we nog dit leven zullen missen
als wij en klei zich aan elkander laven.

Uit aanwezigheden opgericht
komt het heelal geleidelijk in ons voor
als avond in haar zwaartekracht verlicht

maar onze ogen waren eeuwig dicht
van verblindende gedachten en daardoor
blind voor ons andere gezicht.

Ja, uit afwezigheden opgericht
komt het heelal ontstellend in ons voor,
volledig in haar zwaartekracht verlicht. (13)

Juist de verbinding tussen de twee woordbetekenissen maakt het tot een mooi gedicht. Vroman geeft soms een genadeloze uithaal. De derde strofe is zo’n zin, waarbij de contaminatie uitmondt in een dichterlijke stijlfiguur: de Vromanatie. Het gedicht verwijst naar de omslagillustratie waarin een Vroman-lijkend masker van een doodsmasker gehaald wordt, dat dreigend op een kussen ligt dood te zijn.

Het titelgedicht van de bundel heeft eenzelfde gelaagdheid. Vroman verbindt hier het verschiet in de beide betekenissen, verte en toekomst met elkaar. Het lyrisch ik valt in de toekomst, alsof het een hoge afgrond is.

TWEEDE VERSCHIET

Als wij zestig jaar geleden
boven de afgrond van toen
ons nu hadden zien staan
aan de afgrond van heden
wat hadden we dan gedaan?
Geroepen: ‘Kijk niet naar beneden’?

Te laat, want reizen we niet
zonder horizon
in het prachtige verticale
verschiet? We dalen
want die ene ramp
na die andere schiet
tussen onze oksels en benen
rakelings omhoog.

En de tegenwind giert
in mijn mond
en bolt mijn wangen
vol verlangen
naar vaste grond. (74)


De raadselachtigheid komt tot uitdrukking in het laatste vers, waarin de ‘wij’ verandert in een ‘ik’ die met bolle wangen verlangt naar de vaste grond. Het is het verlangen waarvan de bundel doordrenkt is: het verlangen naar de dood. Het lyrisch ik heeft een lang leven achter zich en ziet de vaste grond dichterbij komen.

Degene die denkt hier een bundel in handen te hebben vol doodsverlangen, heeft het grondig mis. Het doodsverlangen is een element in de gedichten, dat geen zwaardere lading heeft dan andere onderwerpen. Een gedicht dat mij trof, was ‘Verrek misschien maar’. Een gedicht waarin de dood kort voorkomt. Het lyrisch ik opent het gedicht met:

Ik voltooide, wanneer
was dat ook weer, (78)

Het gedicht verdicht over de moderne communicatie per ‘iemeel’ (e-mail). Het lyrisch ik heeft een gedicht naar acht mensen gestuurd met de elektronische post:

Van twee mensen hoorde ik iets.
Van de andere zes? Niets, niets,
niets, niets, niets en ook niets. (78)

De computer zorgt ervoor dat het geschrevene behouden blijft. Als het lyrisch ik sterft komt een ‘klienup kroe’, die alle laadjes leegt en in plastik zakken giet: ‘waar ‘peper voor resijkling’ op staat,’. Om te eindigen met:

Niets, niets weerhoudt dan
zover ik weet
de eerstvolgende gezonde
jong poweet ervan
om opnieuw te schrijven:
‘I completed, when was that…’

Maar als ik zo meteen
een lieve brief ontvang
vol van precies de waardering
die ik dagelijks verlang?

Dan open ik die tweede lade
van boven, doe een greep
en stuur alle pieses en bits
naar Tirade
of zelfs naar de Gids. (79)

Hier komt meer aan de orde dan de dood. Het lyrisch ik verlangt naar waardering. Hij dicht om gewaardeerd te worden, dichten is direct verbonden met waardering. Lezen staat voor Vroman synoniem met waarderen.

In de regels komt een ander element sterk tot uiting: het spel met de twee talen Engels en Nederlands. De eerste regel van het gedicht komt verderop letterlijk terug, maar dan in het Engels. Daarnaast bestaat in de bundel bijna de helft uit Engelstalige gedichten. Het Engels vervult voor Vroman een dienstige taak: het vult het Nederlands aan. Zelfs in de Engelstalige gedichten is de binding met het Nederlands te proeven, terwijl het Engels in de Nederlandstalige gedichten slechts aanvult. Het Engels is vanuit het Nederlands gedacht en geschreven. Dat maakt Vromans poëzie in de bundel Het tweede verschiet tot poëzie van wereldformaat, maar wel in het Nederlands.

Almelo, december 2003

8 Desember 2003

boontoe / to the top

NeerlandiNet: voorblad / front page


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.