NeerlandiNet - Neerlandistiek in Suid-AfrikaArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
Adverteer op LitNet /
Advertise on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.

Die Nederlandse Taalunie

Jeroen Brouwers

Ludo Teeuwen

2001
(zie: DeGoudenUil.be)

Als Jeroen Brouwers een boek schrijft, doet hij dat goed. Tien jaar geleden was het al, sinds zijn laatste grote roman, en kwade tongen beweerden dat hij er niet meer toe in staat was. Maar nu is hij er dus terug met Geheime Kamers, een stilistische compositie die meteen goed was voor de Gouden Uil Literatuurprijs die onlangs op 24 maart werd uitgereikt.

De gevierde schrijver nam de prijs in ontvangst maar niet zonder even voor enige controverse te zorgen. Tijdens zijn toespraak haalde Brouwers fel uit naar het hele gedoe rond literaire prijzen die hij omschreef als ‘circussen van ijdelheden’. Zo’n prijs, aldus de auteur, wordt opgevoerd tot eer en glorie van de ‘commercie’, waarbij de genomineerde schrijvers als ‘poppenkastfiguren’ aanwezig mogen zijn.

Achteraf leek niemand de woorden van Brouwers echt te betwisten, al vond menigeen dat hij de prijs dan ook maar meteen had moeten weigeren. Maar 25.000 Euro, of 1 miljoen Belgische Frank zomaar laten liggen, is misschien toch wel wat veel gevraagd.

Misschien had een en ander ook wel te maken met enkele artikels die in de weken voordien in de Standaard verschenen waren. Een oude plagiaatkwestie werd opgerakeld en volgens een medewerker van de krant waren er nieuwe aanwijzingen dat de debuutroman van Brouwers wel degelijk gebaseerd kon zijn op een onuitgegeven manuscript van een jong gestorven Vlaams auteur. Achteraf bleken het toch allemaal oude koeien in de gracht te zijn, maar Brouwers kon de misplaatste aandacht rond zijn figuur zo vlak voor de uitreiking van Vlaanderens belangrijkste prijs maar matig appreciëren.

Trouwens, plagiaat of niet, Brouwers heeft sindsdien ten overvloede bewezen dat hij een begenadigd stilist is. En met Geheime Kamers doet hij zijn vakmanschap opnieuw alle eer aan. Brouwers schrijft een feestelijke taal, verfijnd en gracieus, met een bijna klassieke uitstraling. Zijn stijl is niet altijd gemakkelijk en geeft een soms wat gewrongen indruk, maar over het algemeen is het literair zeer aangenaam verpozen bij Brouwers.

Ook qua compositie is dit een mooi uitgebalanceerde roman, met een sterke symbolische inslag. Zelfs de kosmische dimensie ontbreekt niet: als de dramatiek stijgt, zwellen wind en regen aan als strijkers in een groot orkest, virtuoos georchestreerd door een geëxalteerd componist.

Maar hoe leuk deze roman stilistisch ook is om te lezen, inhoudelijk draait hij rondjes op een wel erg beperkte oppervlakte. De thematiek van liefde en dood, trouw en ontrouw, loyauteit en verraad is heel erg menselijk maar de dramatiek speelt zich af in een kleine arena. Vroegere romans, zoals Het Geheim (Anna Enquist) of Liefdesdood (Oscar van den Boogaard) bevinden zich op dezelfde speelhelft.

Het hoofdpersonage en verteller van de roman is Jelmer van Hoff, een geschiedkundige die zijn carrière gemist heeft en nu, achteraan in de veertig, zijn dagen werkloos doorbrengt. Ook zijn huwelijk stelt nog maar weinig voor. Jaren geleden, na de geboorte van hun mongoloïde dochtertje, heeft zijn vrouw zich van hem afgekeerd en sindsdien leeft het koppel naast mekaar. Jelmer is een eenzaat, een wat trieste figuur die hengelt naar de sympathie van de lezer. Zijn tegenspeler, Nico Sibelijn, een oude studiegenoot, heeft het wel gemaakt. Na een aantal belangrijke archeologische vondsten, rees zijn ster aan het firmament. Bovendien is hij getrouwd met de mooie Daphne, een gevierde operazangeres.

Mooie en gevierde Daphne is de femme fatale van deze roman. Zij is de sirene, lokt en verleidt, spint leugens en bedrog en bewoont een huis vol geheime kamers. Als Jelmer haar na jaren terug ontmoet, is hij een vogel voor de kat. Tussen de twee ontpopt zich een intense, intieme briefwisseling die hun beiden meesleurt naar een dramatische ontknoping. Ironisch bij dit alles is dat het nooit echt tot een affaire komt. Het blijft bij een platonische verhouding, een emotionele reddingssloep waarmee beiden zich uit hun beroerde levens proberen de redden.

Brouwers peilt naar de duistere diepte van de menselijke ziel. Zijn tekst zit vol verwijzingen naar fossielen en geraamtes, naar beenderen en botten die begraven liggen in de plooien van de geschiedenis. De woonboot van Jelmer en zijn vrouw ligt vast in de modder, maar in de loop van het verhaal komt hij los, en met hem de afschuwelijke rottende stank uit de diepte van de rivierbedding.

Vuile troep en muffe geuren domineren deze roman. Drek en drollen zijn alom tegenwoordig. Brouwers roert ongenadig in de ‘stront’ (‘kak’ in het Afrikaans), de centrale metafoor in dit scatologische verhaal dat terzelfdertijd, als gold het de ultieme ironie, zo mooi gestileerd en verfijnd wordt gebracht.

De enige warme en echte relatie in het valse wereldje van vormelijkheden en schijnvertoningen is die van Jelmer van Hoff met zijn zwakzinnige dochter. Uiteraard is het een beperkte en onvolkomen relatie, die ook niet verder wordt uitgewerkt, alsof Brouwers schrik heeft om het onderwerp al te zeer aan te roeren. In de recensies over het boek wordt naar Hanneke, het mongoloïde meisje, nauwelijks verwezen. En toch is zij in al haar simpelheid het enige lichtpunt in de donkere wereld van Jelmer. De andere vrouwen komen er bij Brouwers maar bekaaid van af. Het zijn serpenten, loreleien, heimelijke creaturen die — om het met een andere metafoor uit te roman te beschrijven — mannen bespelen als een jojo.

terug    /     boontoe


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.