NeerlandiNet - Neerlandistiek in Suid-AfrikaArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
Adverteer op LitNet /
Advertise on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.

Die Nederlandse Taalunie

Behaarde oksels of een rond achterste

Jan Wolkers schrijft boekenweekgeschenk 2005

Hendrik-Jan de Wit

Jan Wolkers: Zomerhitte.
Een uitgave van de Stichting CPNB ter gelegenheid van de boekenweek 2005.
ISBN 90 5965012 3.
Prijs: gratis bij aankoop van ten minste € 11,50 aan Nederlandstalige boeken.
92 pagina's.


Jan Wolkers: Dagboek 1974.
Amsterdam: De Bezige Bij, 2005.
ISBN: 90 234 1651 1.
Prijs: € 18,50. 224 pagina's.

De kloten, de eikel, de lul en haar op de kut of onder de oksels. De literatuur van Jan Wolkers bevat veel van dit soort plastische uitingen en straattaal. Beroemd is het televisiefragment uit de jaren zestig waarin Wolkers een vraag beantwoordt waarom hij zulke grove taal in zijn boeken bezigt. Alle uitgesproken grove woorden die hij in het antwoord uitspreekt zijn zorgvuldig weggepiept. Wolkers behandelt in zijn romans, zoals Turks fruit en Een roos van vlees, de vleselijke kant van de mens en gebruikt hiervoor plastische bewoordingen. Het is hem door een grote groep gereformeerd gezinden buitengewoon kwalijk genomen dat hij dergelijke straattaal in zijn boeken durfde te gebruiken.

Het is wel op z'n minst vreemd dat zo'n succesvolle en spraakmakende auteur als Jan Wolkers nooit eerder een boekenweekgeschenk schreef. Hij waagde zich tien jaar geleden wel aan het essay Zwarte bevrijding, maar de novelle, die de boekenverkoper weggeeft als de klant voor een bepaald bedrag aan boeken koopt, bleef uit. Volgens de Texelse schrijver was er ooit sprake van. De negatieve uitkomst lag vanzelfsprekend aan de vuile, vieze en smerige praat. Bovendien kwam de directeur van de CPNB zoals Wolkers in diverse interviews aangeeft, uit de kaas en had helemaal niks met boeken. De afkorting CPNB staat overigens voor Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek, een terminologie die doet denken aan vergane idealistische stromingen.

Het nieuws dat Jan Wolkers het boekenweekgeschenk voor 2005 zou schrijven, was vorig jaar een complete verrassing. Wolkers had al meer dan twintig jaar geen roman meer gepubliceerd. Alleen aan het literaire essay waagde hij zich af en toe, maar verder bleef zijn bekendheid vooral bestaan dankzij glazen oorlogsmonumenten die hij maakte en die altijd weer vernield werden door vandalen, waarna een huilende Wolkers op het televisiescherm verscheen. Daarnaast kenden velen hem van een kinderprogramma over de natuur waarbij hij wekelijks een aspect uit zijn tuin op Texel behandelde en de vele treffende imitaties die cabaretier Paul Groot van de schrijver maakte.

Nu is er de novelle Zomerhitte. Het 92 pagina's tellende boekje laat zien dat Wolkers goed meegaat met de trend rond het boekenweekgeschenk. Een fatsoenlijk verhaal zit er namelijk niet in. Vaak blijft de auteur hangen in een verzameling van wat losse ideeën en zelden weet hij zijn slechtste roman ook maar in de verste verte te evenaren. De novelle heeft veel van een fantasieverhaaltje voor het slapen gaan en houdt zich verre van iedere mogelijke vorm van diepgang. Zeker, Wolkers geeft met het boek een indruk van zijn schrijfstijl, zijn thematiek van liefde, seks en dood, maar daar is alles mee gezegd.

Het verhaal gaat over een ik-verteller, een fotograaf van wie de naam verborgen blijft voor de lezer. Hij ontmoet tijdens een fotosessie op een Nederlands waddeneiland een bijzonder vrouw. Hij ziet haar op het naaktstrand door de telelens van zijn camera. De verteller roept hierbij beelden op en maakt vergelijkingen die kenners van het werk van Wolkers wel vaker hebben gelezen.

Ik zag de korrels zand op haar billen en rug zitten, alsof ze van wellustig schuurpapier gevouwen was. Toen draaide ze zich om en haalde haar vingers door haar blonde haren omhoog en keek mijn kant op. Ze had haar schaamhaar afgeshoren maar in haar oksels zaten mooie duistere plukken haar, zodat ik aan een gedicht moest denken dat ik pas gelezen had over Artemis die haar boog spant. 'Geen ladyshave, Vleermuizen slapen in haar oksels.' (7)

Een spannend verhaal begint over ontluikende liefde met Kathleen, een geschiedenisstudente die nu op het eiland is om geld te verdienen. Door het verhaal met Kathleen is het verhaal van een andere eilandbezoeker, ene Federici verweven. Federici is een oudere man die jarenlang chauffeur is geweest van een schatrijke dame. Het geld van Kathleen blijkt uit een criminele bron te komen, de heroïnesmokkel. De hoofdpersoon wordt bedreigd met een pistool, slaat zijn handlanger neer en gaat er vandoor met het gangstermeisje.

Tussen alle bedrijven door van de drugsbende, Kathleen en Federici, zitten prachtige natuurscènes, waarbij de vleselijke Jan Wolkers af en toe in al zijn bruutheid om de hoek komt kijken. De verteller loopt samen met de vogelwachter door de wildernis om naar een nestje jonge velduilen te kijken.

We liepen nog een stuk door en hij maakte een gebaar naar me dat ik mijn camera in de aanslag moest houden. Toen boog hij voorover en duwde wat lage begroeiing opzij. Ineens was er een werveling van vleugels. Met naar voren gestoken klauwen vloog de uil in zijn gezicht. De vogelwachter schreeuwde en sloeg met zijn handen om zich heen. De vogel vloog golvend over de duintop weg. Ik dacht dat hij iets sliertigs in zijn klauwen had. Ik boog me over de vogelwachter die met zijn handen voor zijn gezicht lag te schreeuwen. Het bloed stroomde tussen zijn vingers door over zijn gezicht. Voorzichtig haalde ik zijn hand weg voor zijn linkeroog. Het was er niet meer. Zijn oogkas was een bloederige holte. (37-38)

Het is een verrassend element temidden van een verhaal waarin de voorspelbaarheid overal op de loer ligt. Veel clichés en weinig vindingrijkheid bevat de novelle namelijk vooral. Het lijkt wel of dit de basisingrediënten van een boekenweekgeschenk zijn. Wolkers gaat hierin mee met zijn Zomerhitte. Elke vrouw wil met de hoofdpersoon neuken, of op zijn minst wil ze hem aftrekken op het toilet en daarnaast komt de naïeve verteller regelmatig met zijn heldendaden op de proppen, alsof het hele verhaal niet één grote samenloop van toevalligheden en heel veel geluk is. Zoals bij een verhaaltje voor het slapen gaan hoort.

Wat een contrast met het andere boek van Jan Wolkers dat eveneens verscheen ter gelegenheid van de boekenweek: Dagboek 1974. Hierin mag de lezer een heel jaar lang meegluren in het dagboek dat Jan Wolkers bijhield op het hoogtepunt van zijn literaire roem. Het is de tijd waarin hij zijn grote roman De walgvogel schrijft. In het dagboek valt slechts één vrouw voor de charmes van hoofdpersoon Jan Wolkers: Karina. Ze neuken niet eens zo heel vaak, misschien ligt de oorzaak bij het moeilijke klaarkomen van Wolkers. Dit wordt veroorzaakt door de medicatie tegen de jicht, zo merkt de dagboekschrijver herhaaldelijk op.

Kan 's nachts niet slapen. […]. Ga naar beneden en zoek de dia op van dat mooie jonge meisje van Sumatra en die mooie Javaanse uit Djokja en zet ze beurtelings in de viewer terwijl ik me probeer af te trekken, wat moeilijk gaat door de medicijnen. Pas met die naaktfoto in de tuin van Karina in het warmverlichte kastje en met de nodige fantasieën lukt het. (122)

Een bijverschijnsel van de jicht is de gewichtstoename, schrijft Wolkers met enige regelmaat in zijn dagboek. Het zijn alledaagse dingen waar Wolkers over verhaalt in zijn dagboek. Zo bezoekt hij vrijwel dagelijks de tuin, waar hij schrijft en heerlijk van de natuur geniet. Opmerkingen over de mussen, de lijster en de over de sloot zwemmende kat Mao houdt hij nauwgezet bij en als hij een paar dagen de lijster niet ziet, raakt hij ongerust als een bezorgde vader.

Het dagboek biedt een interessant kijkje in het leven van Wolkers. Hij woont nog in Amsterdam en hij is op het toppunt van zijn roem. Zijn bekendste boek Turks fruit is net verfilmd en de roman krijgt een Amerikaanse vertaling, die volgens Wolkers zeer goed ontvangen wordt. Ondanks deze zegeningen blijft de roem vrijwel het hele dagboek op de achtergrond, al kan hij soms wat poenerig overkomen door zijn boodschappenmandje met champagne en kaviaar overduidelijk te presenteren, of te verwijzen naar de gulle giften voor de goede doelen.

De vrouw blijft een terugkerend verschijnsel en soms weet hij in zijn notities de sfeer uit zijn romans op te roepen, door in geile bewoordingen over zijn eigen vrouw of vrouwen die hij ziet, te schrijven. Zo geniet hij van de billen van zijn vrouw Karina, die 'de laatste tijd weer wat voller zijn geworden' (129).

Of richt hij zijn aandacht op de stevige vrouw van voetballer Willem van Hanegem, Truus:

Ze maakt een grote indruk, 1.78 is ze, zonder log te zijn. Volslank. Goeie billen. (33)

Kijkt naar actrice Willeke van Amelrooy:

Ze was erg mooi in de film. Is wat dikker geworden. (42)

Beoordeelt programmamaakster Mia Steinebach die met haar man bij hem langskomt:

Ze ziet er goed uit, is wat molliger geworden (31)

Of schrijft over eenvoudiger lieden als het meisje bij Eichholtz, dat 'zo'n lekker geil dier' is:

Ze wordt steeds molliger achter haar winkelschortje. Als ze bukt om een blikje of flikje te pakken zie je hoe volgroeid haar billen het laatste half jaar zijn geworden. (35)

Het is de Wolkers zoals die naar voren komt in de boeken die rond de tijd van het Dagboek 1974 verschenen. Hij heeft veel aandacht voor het vollere vrouwelijk schoon, met een accent op het rijk gevulde achterste.

Dat is tegelijk de grote overeenkomst tussen het dagboek en het boekenweekgeschenk Zomerhitte. Op de kaften van beide boeken prijkt een naakte Karina Wolkers. De foto op het boekenweekgeschenk biedt een blik op het welgevormde achterste van mevrouw Wolkers. Ze loopt met gestrekte armen de zee tegemoet. In haar rechterhand bengelen een zomerjurk en slipje. De omslag van het dagboek laat een jongere versie van Karina zien. Ze siert nu samen met Jan Wolkers de foto, maar ze eist alle (mannelijke) aandacht op doordat zij in tegenstelling tot haar man, volledig naakt is. Ze kijkt guitig de camera in en ontbloot het geheim van haar boezem en navel.

Almelo, 18 maart 2005



LitNet: 07 April 2005

boontoe / to the top

NeerlandiNet: voorblad / front page


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.