NeerlandiNet - Neerlandistiek in Suid-AfrikaArgief
Tuis /
Home
Briewe /
Letters
Kennisgewings /
Notices
Skakels /
Links
Boeke /
Books
Opiniestukke /
Essays
Onderhoude /
Interviews
Rubrieke /
Columns
Fiksie /
Fiction
Poësie /
Poetry
Taaldebat /
Language debate
Film /
Film
Teater /
Theatre
Musiek /
Music
Resensies /
Reviews
Nuus /
News
Slypskole /
Workshops
Spesiale projekte /
Special projects
Opvoedkunde /
Education
Kos en Wyn /
Food and Wine
Artikels /
Features
Visueel /
Visual
Expatliteratuur /
Expat literature
Reis /
Travel
Geestelike literatuur /
Religious literature
IsiXhosa
IsiZulu
Nederlands /
Dutch
Gayliteratuur /
Gay literature
Hygliteratuur /
Erotic literature
Sport
In Memoriam
Wie is ons? /
More on LitNet
Adverteer op LitNet /
Advertise on LitNet
LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.

Die Nederlandse Taalunie

Grunbergs chaos komt ordelijk samen

Hendrik-Jan de Wit


Arnon Grunberg: De asielzoeker. Roman. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar, 2003. ISBN 90 388 2706 7. Prijs: € 17,50 (paperback). 352 pagina’s.


‘De vogel is ziek.’ Met deze woorden wordt Christiaan Beck op een ochtend gewekt door zijn vrouw. Beck noemt haar ‘de vogel’ en zij heeft dit overgenomen. Ze blijkt ernstig ziek te zijn. Christiaan, de illussieloze, is vertaler in gebruiksaanwijzingen. Vroeger schreef hij verhalen en een tijdschrift vraagt of ze het verhaal De kinderen van Yab Yum mogen afdrukken. Beck wil van het geld een airconditioning kopen. Een aantal weken later vertelt de vogel dat ze wil trouwen met de asielzoeker Raffie uit Algerije. Ze trouwen en Christiaan is getuige. De asielzoeker komt bij hun in huis wonen. De vogel heeft een laatste wens, ze graag geitenkaas wil leren maken. Als aan die wens voldaan is, sterft ze binnen een maand.

Dit is de hoofdlijn van de primaire geschiedenis van Grunbergs roman De asielzoeker. Op zich bevat dit verhaal een aantal zeer interessante wendingen. Christiaan noemt zijn vrouw ‘de vogel’, verder blijft ze naamloos. De vogel die ziek is, wil graag trouwen met een asielzoeker. Vervolgens heeft ze als laatste wens dat ze geitenkaas wil leren maken. En als ze sterft zit Beck opgescheept met een asielzoeker die maar niet wijken wil.

De primaire geschiedenis is een absurd verhaal. De secundaire geschiedenis druppelt geleidelijk de primaire geschiedenis binnen. De tweede geschiedenis is even absurd als de eerste. De verteller verhaalt over de tijd dat Beck met zijn vrouw in Eilat woonde. De vogel vertrekt dagelijks naar de woestijn voor haar onderzoek naar dieren. Beck wandelt de hele dag door de stad en bezoekt daarbij het bordeel. Becks vrouw komt op een dag thuis met een mismaakte, Simon. Hier ontrafelt zich het gegeven dat Beck zijn vrouw jarenlang niet meer aangeraakt heeft. In het bordeel speelt een gruwelijke geschiedenis af tussen Beck en het jonge hoertje Sosha:

Hij stak blind, recht voor zich uit, en het eigenaardige was dat het eerste wat hij voelde na het steken, het allereerste, scherp en duidelijk voelde hij het, en scherp en duidelijk zou het hem altijd voor ogen staan, dat was: onoverwinnelijkheid. Triomf. Dat was het woord en dat was wat hij voelde. Triomf. Volledige triomf. Pas toen daarna besefte hij wat hij in zijn hand hield. Een schroevendraaier, uit de gereedschapkist van de schuilkelderreparateur die helaas overspannen was, eentje met een groen handvat.

En toen zag hij Sosha. Toen zag hij eindelijk Sosha. Eerst de triomf, vervolgens de schroevendraaier, toen Sosha. En daarna niets meer. (185-186)

De primaire geschiedenis lijkt niet samen te komen met de secundaire. De verteller heeft in de eerste helft van de roman alleen maar chaos door losse brokstukken gecreëerd. Pas later als ‘de vogel’ gestorven en gecremeerd is, passen de stukjes in elkaar. Alsof de verteller alle puzzelstukjes uit de puzzeldoos heeft laten vallen in het eerste gedeelte van de roman om de andere helft van De asielzoeker de puzzel in elkaar te puzzelen. De samensmelting van de twee verhaallijnen vindt plaats als een travestiet zichzelf opblaast in het beroemde Amsterdamse bordeel Yab Yum: ‘Tussen angst en triomf komen wat feiten bovendrijven die hem vaag herinneren aan een verhaal dat hij ooit heeft geschreven en dat onlangs is herdrukt.’ (308). Geleidelijk vermengen beide geschiedenissen zich tot een boeiende roman. Het accent verschuift van de dood van de vogel naar een literair verhaal over het bordeel Yab Yum dat Beck lang geleden geschreven heeft en dat werkelijkheid in de roman wordt.

In De asielzoeker overheerst de absurditeit. Het hoofdpersonage Christiaan Beck balanceert op de afgrond van totale gekte. De verteller weet dit effect op de lezer over te brengen door gedeeltelijk in deze gekte mee te gaan. Hij doet dit door de zeer effectieve herhaling. Bepaalde situaties komen terug waarbij de overeenkomst met voorgaande passages subtiel verschilt. Het heeft niet alleen een humoristisch effect, het geeft de invloed weer van de gebeurtenissen op de hoofdpersoon Christiaan Beck.

De absurditeit heeft een functie. Bijvoorbeeld op het moment als blijkt dat Becks literaire verhaal De kinderen van Yab Yum erg dicht bij de werkelijkheid komt. Een zelfmoordaanslag in een Amsterdams bordeel is vreemd. Volgens sommige journalisten is het verhaal van Beck juist de aanleiding van deze brute aanslag. Dit staat tegenover de gebeurtenissen in het bordeel in Eilat (de secundaire geschiedenis), dat speelt gedurende de golfoorlog in 1991. De lezer legt hierin een verband met de huidige actualiteit: een zelfmoordaanslag in Eilat is dagelijks nieuws. Op die manier speelt de verteller met de invloed van literatuur op de werkelijkheid. De roman krijgt hierdoor plotseling een zware lading en dreigt te ontploffen onder zijn eigen gewicht.

De schrijver Arnon Grunberg laat met dit meesterstuk zien dat hij een goede romancier is. Geen enkel gegeven laat hij wegvallen in de chaos die zijn roman op het eerste gezicht lijkt te zijn. Hij weet de losse eindjes netjes samen te breien in een triomferend einde. Als lezer word je voortdurend heen en weer geslingerd tussen vermeende verhaallijnen. Telkens als je denkt grip op het verhaal te hebben, blijk je te zijn misleid. Deze wisselingen maken De asielzoeker tot een spannende roman met een verrassend plot.

Niet alleen de structuur van de roman is meesterlijk, ook weet Grunberg mooie vergelijkingen te maken, die hij soms verder uitwerkt. Zoals: ‘Hij zocht naar lust als naar een woord in een vreemde taal, dat je ooit hebt geleerd maar dat je is ontglipt.’ (175) De opvattingen over de lust komen even later aan de orde als Beck terugdenkt aan een discussie met zijn vrouw. Binnen de tekst grijpt de verteller naar de verklaring van het woord lust. Dit is slechts een voorbeeld. Het hele verhaal hangt samen door de verwijzingen naar andere elementen in de tekst. Hierdoor ontstaat een prachtig kunstwerk dat geheel op zichzelf staat. Enkele keren is er een verwijzing naar de wereld buiten de tekst, maar hiervan is de roman niet afhankelijk voor een goed begrip van het verhaal.

De asielzoeker is een feest om te lezen en je proeft het spel met de taal dat Grunberg speelt. Je doet stiekem mee als je leest en je merkt dat het verhaal door de vreemde wendingen buitengewoon spannend wordt. Het lijkt wel of je een koket damesromannetje leest, want je wilt weten hoe het verhaal verder gaat. Wat betreft de gekozen hoofdpersoon spreekt de roman voor zichzelf. Christiaan Beck meent hierover het volgende: ‘Misdaad boeide hem. Zijn boeken, die voor hem niet meer bestaan, die hij heeft doodgezwegen en die hij zal blijven doodzwijgen, werden altijd weer een portret van een dader als onschuldige’ (103-104). Het is dit taalspel waarmee De asielzoeker vol zit. Arnon Grunberg laat met dit boek opnieuw zien dat hij een voortreffelijk woordkunstenaar en romancier is die van een roman een diepzinnig spelletje maakt.

Almelo, 3 augustus 2003

boontoe / to the top

NeerlandiNet: voorblad / front page


© Kopiereg in die ontwerp en inhoud van hierdie webruimte behoort aan LitNet, uitgesluit die kopiereg in bydraes wat berus by die outeurs wat sodanige bydraes verskaf. LitNet streef na die plasing van oorspronklike materiaal en na die oop en onbeperkte uitruil van idees en menings. Die menings van bydraers tot hierdie werftuiste is dus hul eie en weerspieël nie noodwendig die mening van die redaksie en bestuur van LitNet nie. LitNet kan ongelukkig ook nie waarborg dat hierdie diens ononderbroke of foutloos sal wees nie en gebruikers wat steun op inligting wat hier verskaf word, doen dit op hul eie risiko. Media24, M-Web, Ligitprops 3042 BK en die bestuur en redaksie van LitNet aanvaar derhalwe geen aanspreeklikheid vir enige regstreekse of onregstreekse verlies of skade wat uit sodanige bydraes of die verskaffing van hierdie diens spruit nie. LitNet is ’n onafhanklike joernaal op die Internet, en word as gesamentlike onderneming deur Ligitprops 3042 BK en Media24 bedryf.